Het was best een opmerkelijke tweede speeldag voor de Nederlandse ploegen in de FIBA Europe Cup.
Vooral voor de Nederlandse kampioen Heroes dat tegen Parnu Sadam speelde, de kampioen van Estland. De Esten hadden geen schijn van kans, 87-55.
Dat terwijl het verschil tussen Nederland en Estland op papier niet zo groot is en de Esten vorige week nog wonnen van Porto. Gedurende de wedstrijd vroeg ik me wel af hoe zij tegen de Portugezen aan 95 punten zijn gekomen.
Toen schoot Parnu 16/29 driepunters. Tegen Heroes 4/23. Heroes had haar huiswerk goed gedaan want van buiten werd er niks cadeau gedaan.
Dat Donar verloor van de Italiaanse subtopper Brindisi is geen schande, 65-87. Het laatste kwart geeft wel te denken, 9-23. Aan Groningse zijde ging er best veel mis. Daarbij zie je vaak dat ploegen uit sterke competities zoals Brindisi in het vierde kwart wat extra’s kunnen brengen en dat was ook nu het geval.
Omdat Heroes zo domineerde, zeker verdedigend zeggen de statistieken niet veel. Slechts 9 keer balverlies is een goed ingrediënt voor een overwinning. Wel valt op dat Parnu 12 aanvallende rebounds pakte en daar 15 punten uit scoorde. Dat is Europees gezien een zorgenkindje voor coach Braal. Uitblinker was de Let Kohs met 21p, 7r en +/- van plus 39. En hoewel Ndow, die met de wedstrijd belangrijker wordt, aanvallend zijn avond niet had met 6p, had hij wel 9r en 8a.
Bij Donar valt vooral het enorm hoge percentage tweepunters van Brindisi op: 73%. Dat is veel te hoog en verklaart grotendeels de marge (Donar 23/30, Brindisi 32/44). Het zegt iets over de Groningse verdediging. Al zijn de makkelijke scores (25p) uit Gronings balverlies (18x) natuurlijk allemaal tegen een hoog percentage. Uitblinker was Butjankovs met 22p, 10r en als enige Donar-speler had hij een positieve plus/minus (+1).
Om de tweede ronde te bereiken is de stelregel: alle thuiswedstrijden winnen.
Heroes deed extra goede zaken voor het doelsaldo mocht het uiteindelijk daar op uitdraaien.